Leven in genadetijd

Gepubliceerd op 10 juli 2022 om 08:00

Leven in genadetijd. Ik deed het inmiddels zo’n 12 jaar. 12 jaar vol hele zware en moeilijke perioden, waarin ik mijn weg moest zoeken in het leven van alledag, waarin ik om moest leren gaan met verveling, waarin ik voor mezelf moest leren zorgen en waarin ik grenzen moest leren stellen. Maar ook 12 jaar vol hoogtepunten. Ons huwelijk, het behalen van mijn HBO-diploma, onze pleegdochters, onze eerste reizen, de kinderen van vrienden, mijn (toen nog) kleine broertjes.

Ik was inmiddels gewend geraakt aan de soms diepe dalen van het vele alleen zijn tegen wil en dank. Aan de dagen waarop ik niet veel meer kon dan op de bank hangen. Waarop een wandelingetje naar de brievenbus op 50 meter van ons huis me alle energie kostte die ik had. De periodes waarin ik het met geen mogelijkheid warm kreeg behalve door heel lang onder de douche te gaan staan of zo ongeveer in de houtkachel te kruipen. De winters waarin ik me vaak wekenlang grieperig voelde. Het is raar hoe dat soort dingen kunnen wennen, maar toch ook weer nooit wennen.

Ik kreeg en krijg vaak de vraag: hoe doe je dat? Leven in genadetijd. Als je weet dat iedere dag je laatste kan zijn. Als de dood soms zo dichtbij voelt en het op heel wat dagen als een prestatie van wereldformaat voelt dat het je weer gelukt is om je te douchen en aan te kleden?

Er zijn zoveel antwoorden die ik op die vraag kan geven. Dat er na een dal gelukkig ook weer een goede periode komt. Over mijn lief, mijn familie en de enorme sociale kring die me er altijd weer doorheen helpt. De vele, vele knipogen die ik krijg van mijn hemelse Papa als ik het moeilijk heb. Dat veel van mijn huilbuien eindigen met een lach. Dat ik door het lijden heen zoveel geleerd heb. Dat het lijden dat ik meemaak me ook helpt om er voor anderen in nood te zijn. Dat Eisenmenger me dwingt om anders te leven en dat dat misschien helemaal niet zo verkeerd is. Maar uiteindelijk komt alles altijd neer op één kernwoord: dankbaarheid!

Ik heb het geluk dat ik opgevoed ben door een moeder die me van jongs af aan geleerd heeft om oog te hebben voor de allerkleinste dingen in het leven. Dan wees ze ons weer op een kleine paddenstoel in het bos. Op de mieren die zo ijverig bezig waren. Op een mooie vogel. Of op hoe fijn het was om samen te zijn. Als kind kon ik soms denken: ‘Jahaaa! Nou weet ik het wel!’, maar als volwassene zag ik in hoe waardevol die lessen waren.

Mijn lief is inmiddels gewend dat ik in het bos ineens op mijn hurken ga zitten om een stuk mos van dichtbij te bewonderen. Dat ik intens kan genieten van een hete kop thee. Of dat ik heerlijk kan zitten kneuteren bij het kaarslicht. Als je in het leven niet leert om dankbaar te zijn voor die hele kleine dingen die zo gewoon lijken maar het absoluut niet zijn, mis je mijns inziens de essentie waarvoor we gemaakt zijn.

Want in de kern is alles wat we hebben genade en een groot cadeau van God. Van de lucht die je inademt tot het functioneren van je organen tot het eten in de koelkast tot de relatie met je geliefden; niets is vanzelfsprekend. Vraag dat maar aan de zieken om je heen, aan de mensen die het minder hebben dan wij en aan onze pleeg- en sponsorkinderen. En dus zouden we ook niets als vanzelfsprekend moeten aanvaarden.

Dankbaarheid verlegt je blik van dat wat je niet hebt naar dat wat je wél hebt. Hoe moeilijk mijn leven soms ook kan zijn, er gaat nooit een dag voorbij dat ik geen dingen kan bedenken waar ik dankbaar voor ben. Toegegeven: soms ben ik zó moe en lamgeslagen dat het me moeilijker afgaat. Voor die dagen heb ik een dankbaarheidsdagboekje in mijn nachtkastje liggen en dwing ik mezelf om aan het einde van de dag minimaal drie dingen te verzinnen waar ik dankbaar voor was die dag. Omdat het mijn focus verlegt van mijn moeite en pijn naar mijn vreugde en dat wat ik wél heb. En uiteindelijk naar mijn Schepper.

En dus leek een dankbaarheidsfeest waarop ik mijn God en Vader wilde bedanken voor het leven dat Hij me gegeven heeft me een toffe manier om mijn 30e verjaardag te vieren.

We huurden een zaaltje, nodigden heel veel mensen uit, planden een dankdienst en hielden ons feest. Het was zo mooi om die avond aan God alle eer te geven. Te vertellen aan al die 150 aanwezigen, christenen en niet-christenen, dat het niet mijn verdienste was dat ik nog leefde, dat het niet lag aan mijn karakter of aan mijn doorzettingsvermogen, maar dat mijn leven aan God alleen te danken was. Die avond vierden we mijn leven in intense dankbaarheid. Niet wetend dat ik nog geen week later in het ziekenhuis zou liggen en de artsen me slecht nieuws zouden brengen...

 

(Sorry guys, cliffhanger, anders wordt de blog te lang. Maar hey, het feit dat ik dit typ geeft aan dat ik het in elk geval nog 12 jaar overleefd heb ;-)

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.